21. UNESCO-verdrag voor de bescherming van cultureel erfgoed onder water

Het advies bespreekt de verhouding tussen het UNESCO-Verdrag inzake de bescherming van cultureel onderwatererfgoed en het internationaal zeerecht en in het bijzonder het Verdrag van de Verenigde Naties inzake het recht van de zee (Zeerechtverdrag).

Verklaring

De CAVV adviseert het kabinet om, indien het Koninkrijk partij zou worden bij het UNESCO-Verdrag, daarbij een verklaring af te leggen over de uitleg van het Zeerechtverdrag. De consequentie is dat het Koninkrijk - als kuststaat - het opleggen van de verplichting tot rapporteren over activiteiten betreffende culturele erfgoederen onder zee in de Exclusieve Economische Zone (EEZ) of op het Nederlands continentaal plat moet overlaten aan andere verdragspartijen voor:

  • onderdanen van andere staten of
  • kapiteins van schepen varende onder een andere vlag.

Meldingsplicht

Ook beveelt de CAVV aan dat de Nederlandse vertegenwoordiging in internationale besprekingen van het UNESCO-Verdrag alert blijft op de mogelijkheid dat er een lacune in de meldingsplicht kan ontstaan en dat de Nederlandse autoriteiten, indien zich deze dreigt voor te doen, daarover met de andere partijen overleg plegen.