39. Geen afstand kunnen doen van een tweede nationaliteit onder internationaal recht

In dit advies bespreekt de CAVV de vraag of, en in hoeverre, het automatisch tot onderdaan rekenen van een derde generatie en verdere afstammelingen van emigranten zich verdraagt met het internationaal recht, welke internationaalrechtelijke remedies openstaan voor burgers die hiervan nadeel ondervinden, en welke intergouvernementele organisaties (IGO’s) geëquipeerd zijn om de multilaterale dialoog over dit vraagstuk te faciliteren.

Het advies richt zich specifiek op de situatie van Nederlanders met een tweede nationaliteit die automatisch verkregen is als gevolg van afstamming van een ouder met (tevens) een niet-Nederlandse nationaliteit.

De CAVV doet bovendien een aantal aanbevelingen, inclusief een reflectie op de vraag hoe en waar stappen kunnen worden genomen, om de besproken problematiek via een multilaterale dialoog te adresseren.